Bij embryoselectie worden in het laboratorium meerdere embryo’s tot stand gebracht met eicellen van de vrouw en zaadcellen van de man. Embryoselectie kan dus alleen in combinatie met ivf. Als de embryo’s drie tot vijf dagen oud zijn, wordt DNA-onderzoek gedaan. Als er embryo’s zonder aanleg voor de ziekte in het DNA zijn, plaatst de arts er daarvan één in de baarmoeder. Andere embryo’s zonder aanleg voor de ziekte kunnen worden ingevroren. Daarmee kan later eventueel opnieuw geprobeerd worden een zwangerschap tot stand te brengen. Embryo’s met een afwijking worden vernietigd of beschikbaar gesteld voor onderzoek.
Embryoselectie heet officieel pre-implantatie genetische test (PGT) of pre-implantatie genetische diagnostiek (PGD). ‘Pre’ betekent ‘voor’ en ‘implementatie’ gaat over het innestelen van het embryo in de baarmoeder. Het gaat dus om het onderzoeken van het DNA van het embryo voordat het zich in de baarmoeder heeft ingenesteld. Op basis daarvan wordt een embryo gekozen dat in de baarmoeder teruggeplaatst wordt.
Alleen stellen met een verhoogd risico op een kind met een ernstige erfelijke aandoening, komen in aanmerking voor embryoselectie. Meestal weten stellen dat ze een verhoogd risico hebben omdat er een erfelijke ziekte in de familie voorkomt en zij naar aanleiding daarvan DNA-onderzoek bij zichzelf hebben laten doen. Voorbeelden van ziekten waarbij embryoselectie wordt gebruikt, zijn de ziekte van Huntington, taaislijmziekte, ernstige spierziekten of een erfelijke vorm van kanker.
Elk paar dat gebruik wil maken van embryoselectie, moet daarvoor een aanvraag doen. De aanvraag wordt door een werkgroep van het Maastricht UMC getoetst aan medische en ethische criteria. Deze criteria zijn bijvoorbeeld het risico op de aandoening, de beginleeftijd en de ernst van de aandoening en de behandelmogelijkheden.
Bij iedere aandoening waarvoor embryoselectie voor de eerste keer aangevraagd wordt, wordt door de landelijke indicatie commissie PGT beoordeeld of die aandoening past binnen het vastgestelde kader voor embryoselectie.
In de loop van de jaren is zowel het aantal PGT-behandelingen als het aantal verschillende aandoeningen waarbij embryoselectie is toegepast, toegenomen. Selectie op basis van geslacht was voorheen alleen toegestaan als paren een geslachtsgebonden erfelijke ziekte hadden. De spierziekte Duchenne is een voorbeeld van een ziekte die vrijwel alleen jongens treft. In 2020 is de embryowet verruimd, waardoor selectie op geslacht nu ook mogelijk is bij twee aandoeningen waar het ene geslacht een hoger risico loopt dan het andere geslacht. Het gaat om erfelijke borst- en eierstokkanker en de oogziekte LHON. Het verschil is dus dat nu op geslacht geselecteerd mag worden op basis van een hogere kans in plaats van op een vrijwel zekere aandoening.
Bij de werkgroep van het Maastricht UMC zijn al meerdere aanvragen ingediend voor embryoselectie om dragerschap te voorkomen. Drager zijn houdt in dat je een afwijking in het DNA hebt, maar zelf niet ziek bent of wordt. Het kind zou dus geen risico lopen om zelf ziek te worden, maar zou de ziekte wel kunnen doorgeven aan volgende generaties. Tot nu toe is het verboden om embryoselectie te doen om deze reden.
Sinds 2016 kunnen ook paren die zelf geen erfelijke ziekte hebben en niet weten of zij drager zijn, een dragerschapstest laten doen. Hierbij wordt hun eigen DNA onderzocht om te zien of de man en vrouw drager zijn van dezelfde ziekte. In Nederland is de algemene kans hierop voor de gehele bevolking ongeveer 1 op 100. Die kans is dus relatief klein. Paren kunnen de dragerschapstest laten doen bij het UMC Groningen of het Amsterdam UMC (vestiging AMC) en een aantal huisartsen. Het is onbekend hoeveel paren hier gebruik van maken en of zij ook een aanvraag voor embryoselectie gedaan hebben. Er ligt een advies van de Gezondheidsraad om ook preconceptionele dragerschapsscreening toe te staan. Hiermee zouden wensouders voor de zwangerschap een test te doen om te kijken of zij drager zijn van een ernstige erfelijke aandoening.
Embryo’s zijn al vanaf de bevruchting menselijk leven en daarom beschermwaardig. God is de Schepper van het leven en kent ieder mens al vanaf het eerste begin. Psalm 139 verwoordt het zo: ‘Want U hebt mijn nieren geschapen, mij in de schoot van mijn moeder geweven. (…) Uw ogen hebben mijn ongevormd begin gezien.’ Ook in Jeremia 1 staat dat God Jeremia al kende voordat Hij hem in de moederschoot vormde.
Het is heel goed te begrijpen dat mensen willen voorkomen dat hun kind een ziekte heeft. Toch vindt de NPV embryoselectie geen goede manier om dit te bereiken. Bij embryoselectie worden embryo’s met de ziekte vernietigd of gebruikt voor onderzoek. Embryoselectie doet daarmee geen recht aan de waarde van embryo’s en de waarde van een leven met een beperking/aandoening.
Wilt u meer weten over erfelijkheid en gezinsvorming? Lees dan dit NPV-document.
Het is belangrijk te beseffen dat embryoselectie alleen kan in combinatie met ivf. Zie voor meer informatie de themapagina over ivf. Het traject van ivf met embryoselectie kan zwaar zijn. De vrouw moet hormonen gebruiken, een eicelpunctie, terugplaatsen van het embryo. Het kan dat er geen embryo geschikt is voor terugplaatsingen of dat er na het terugplaatsen geen zwangerschap ontstaat.
Daarnaast zijn er gezondheidsrisico’s voor zowel de vrouw als het kind. Een voorbeeld van een risico bij de vrouw is overmatige vergroting van de eierstokken als gevolg van de hormoonbehandeling. Het kindje heeft een licht verhoogd risico op een laag geboortegewicht.
De NPV zet zich al ruim veertig jaar in voor de zorg voor het leven. Vanuit christelijk patiëntenperspectief zijn wij dé vraagbaak voor al je ethische vragen. Je kunt met deze vragen bij ons terecht voor een deskundig en persoonlijk advies. Wij beschikken over veel inhoudelijke informatie en een uitgebreid netwerk waarmee we je van dienst kunnen zijn.
Voor deze vragen kunt u contact opnemen met de NPV-Advieslijn, zo nodig 24 uur per dag, 7 dagen per week.
NPV-Advieslijn13 maart 2025
Reactie van de NPV op het wetsvoorstel ‘Wijziging van de Embryowet naar aanleiding van de derde wetsevaluatie.’
Voor de NPV is een belangrijk uitgangspunt dat menselijk leven niet puur instrumenteel te benutten is maar intrinsiek waardevol in zichzelf is. Wanneer menselijk leven valt in handen van bedenkers en makers en verwordt tot realisaties en creaties, schaadt dit de fundamentele en universele menselijke waardigheid. Wetenschappelijk onderzoek mag hoogstaande doelen hebben, ten dienste van de mens, maar niet ten koste van de mens.
06 maart 2025
Reactie van de NPV op het ‘Voorstel van wet van de leden Paternotte en Bevers tot wijziging van de Embryowet in verband met de afschaffing van het tijdelijk verbod op het doen ontstaan van embryo’s voor wetenschappelijk onderzoek.’
23 januari 2025
Dit artikel is een reactie op het interview ‘VVD en D66 willen af van verbod op kweken embryo’s voor onderzoek’ in de NRC
Complimenten krijg je vaak over je uiterlijk, eigenschappen of je prestaties. Maar wat maakt iemand waardevol? Het antwoord op die vraag vind je niet in iemands eigenschappen. Mensen zijn waardevol, gewoon, omdat ze mens zijn.
De NPV is er om u van goede informatie te voorzien. Wilt u ons helpen om daar ook in de toekomst mee door te kunnen gaan?