Het doneren van eicellen betekent dat een vrouw een of meer eicellen geeft aan een wensmoeder of wensouders. De eiceldonor kan aan bekenden eicellen doneren of via een eicelbank aan voor haar onbekende vrouwen. Er zijn in Nederland vier eicelbanken waar gedoneerde eicellen worden bewaard. De vraag naar eicellen is echter veel groter dan het aanbod ervan, dus wachttijden voor deze eicelbanken zijn lang. Daarom kiezen sommige mensen ervoor om naar het buitenland te gaan om daar eicellen te kopen.
Voor donatie van eicellen is een behandeling nodig. Deze behandeling komt deels overeen met de behandeling die plaatsvindt in een ivf-traject. De vrouw die de eicellen doneert, moet eerst door middel van hormoonstimulatie de groei van eicellen stimuleren. Daarna worden er met een punctie cellen geoogst.
Bij het oogsten treden in zeldzame gevallen bijwerkingen op. Denk aan een infectie van de eileiders of eierstokken, een bloeding als gevolg van de punctie of het hyperstimulatiesyndroom (door de hormonen ontstaat een abnormale vergroting van de eierstokken, die voor schade kan zorgen).
De geoogste cellen worden met behulp van ivf bevrucht met sperma van de wensvader of met gedoneerde spermacellen. Een van de embryo’s, ontstaan na de bevruchting, wordt vervolgens geplaatst in de baarmoeder van de vrouw die het kind zal dragen. Dat kan de wensmoeder zijn, maar dat kan ook een draagmoeder zijn. Ook deze vrouw moet hormonen slikken: dat is om de baarmoeder klaar te maken voor de innesteling van het embryo. Als er goede embryo’s overblijven na het bevruchten, kunnen die worden ingevroren. Ze kunnen dan op een later tijdstip ontdooid en in een baarmoeder geplaatst worden.
Eiceldonatie kan toegepast worden door vrouwen die zelf geen goede eicellen aanmaken. Ook homostellen die met behulp van een draagmoeder hun kinderwens in vervulling willen laten gaan, maken gebruik van eiceldonatie.
Het doneren van sperma betekent dat een man sperma doneert aan wensouders. Sperma doneren kan aan bekende of onbekende wensouders. Donorsperma kan gebruikt worden voor Kunstmatige Inseminatie van Donorsperma (KID) en voor ivf-behandelingen. Mannen tussen de 18 en 45 jaar oud die gezond zijn en bij wie er na divers onderzoek is gebleken dat zij geen verhoogde kans hebben op het doorgeven van een ernstige ziekte, mogen sperma doneren.
Gedoneerd sperma voor onbekende ontvangers wordt opgeslagen in een spermadonorbank. Een man mag voor minimaal zes en maximaal twaalf gezinnen doneren. Hij mag niet bepalen aan wie het sperma wordt gegeven. Ook heeft een donor geen recht op het kennen van het kind of op vaderschap. Andersom heeft een kind wel recht op informatie over de donor. Vanaf hun 12e kunnen kinderen informatie over hem opvragen en vanaf hun 16e jaar kunnen zij identiteitsgegevens krijgen.
Ouderstellen bij wie de man beperkt vruchtbaar is, alleenstaande vrouwen en lesbische stellen komen in aanmerking voor het gebruik van gedoneerd sperma.
Het kind en de wensouder(s) kunnen gevolgen ervaren wanneer het kind niet bij beide biologische ouders opgroeit. In de opvoeding zorgt het voor extra uitdagingen en vragen. Er zijn meerdere wetenschappelijke onderzoeken over de vraag wat mogelijke gevolgen kunnen zijn voor kinderen en wat het voor hen betekent om geboren te worden in een gezin dat maar gedeeltelijk biologisch verwant is, maar de uitkomst daarvan verschilt.
Voor de wensmoeder is het belangrijk om te realiseren dat een ivf-behandeling ingrijpend en belastend kan zijn. En vaak zijn er meerdere behandelingen nodig voordat een ivf-poging slaagt.
Ook een donor van eicellen moet goed nadenken over wat zij van de mogelijke lichamelijke en psychische gevolgen van het doneren vindt. Daarnaast is het goed als donoren van eicellen of spermacellen doordenken wat ze ervan vinden dat er een of meerdere kinderen geboren zullen worden die deels genetisch verwant zijn.
Voor wensouders en donoren is het belangrijk om na te denken over de verhoudingen als straks het kind geboren is. In Nederland is namelijk bij wet geregeld dat een kind (vanaf 16 jaar) de contactgegevens van de donor op kan vragen zodat hij of zij contact kan zoeken.
Een kind willen is voor veel mensen iets wezenlijks. Zo’n wens, maar ook het ontvangen van een kind, is nauw verbonden met zin- en betekenisgeving van het leven en onze identiteit. Diverse ervaringsverhalen laten iets zien van hoe sterk een kinderwens kan zijn.
Toch is het krijgen van een kind niet vanzelfsprekend. Dat kan komen door vruchtbaarheidsproblemen of door het ontbreken van een partner (van het andere geslacht). Door gebruik te maken van eicel- en spermadonatie is het soms mogelijk een kinderwens toch in vervulling te laten gaan.
De NPV heeft de overtuiging dat God het huwelijk heeft bedoeld als een relatie tussen man en vrouw. Binnen die relatie mogen kinderen ontvangen worden. Bij eicel- en spermadonatie wordt een kind geboren met hulp van een derde persoon. De NPV heeft hier moeite mee, omdat de orde zoals God die bedoeld heeft, doelbewust doorbroken wordt. Er komt nu een derde persoon bij in een huwelijk, die bijdraagt aan het tot stand brengen of het tot ontwikkeling laten komen van een kind. Het kind dat geboren wordt, is voor een deel niet genetisch verwant aan de wensouders. Dit kan allerlei vragen en problemen met zich meebrengen.
Deze voortplantingstechnieken maken het mogelijk om een diep gekoesterde kinderwens in vervulling te laten gaan. Maar we mogen het belang van het toekomstige kind niet uit het oog verliezen. Het krijgen van een kind met behulp van gedoneerde eicellen of spermacellen kan gevolgen hebben voor het kind en de ouders. Het kan vragen en dilemma’s oproepen in de opvoeding en de betekenis en de rol van de biologische ouder. Van wie je biologisch afstamt, is belangrijk. Kinderen hebben het recht om zoveel als mogelijk bij hun biologische ouders op te groeien.
Bij het tot stand brengen van een zwangerschap met gedoneerde eicellen is een ivf-behandeling nodig. Bij deze behandeling spelen ook andere dilemma’s. Zo is de kans groot dat er embryo’s vernietigd worden wanneer er meerdere eicellen bevrucht worden. Over ivf kun je hier meer lezen.
In Nederland is het niet toegestaan om een donor meer dan de onkosten te betalen voor een donatie. Maar via internationale routes kan wel toegang verkregen worden tot commerciële eicel- en spermadonatie. Deze routes brengen grote bezwaren met zich mee. Regels rondom de financiële vergoeding voor donoren zijn vaak anders, wat kans op uitbuiting van donoren teweegbrengt. Ook de mogelijkheden van anoniem doneren kan tot de moeilijke situatie leiden waarin een kind nooit contact kan leggen met zijn donorouder.
De NPV zet zich al ruim veertig jaar in voor de zorg voor het leven. Vanuit christelijk patiëntenperspectief zijn wij dé vraagbaak voor al uw ethische vragen. Heeft u vragen over eiceldonatie, spermadonatie of thema's die daarmee te maken hebben?
Voor deze vragen kunt u contact opnemen met de NPV-Advieslijn, zo nodig 24 uur per dag, 7 dagen per week.
NPV-Advieslijn19 december 2024
16 december 2024
16 december 2024
Zeg nee tegen embryokweek
Op 18 september 2023 dienden D66 en VVD een wetsvoorstel in dat het speciaal kweken van embryo’s voor wetenschappelijk onderzoek mogelijk zou moeten maken. Een embryo ontstaat als een zaadcel en eicel zijn samengesmolten en is het prilste begin van een mens.
De NPV is er om u van goede informatie te voorzien. Wilt u ons helpen om daar ook in de toekomst mee door te kunnen gaan?