‘We gaan voor dit kindje’

09 april 2015

Jonathan, het zoontje van Gilbert en Dianne Verhoef, werd in 2008 geboren na een zorgelijke zwangerschap. Zijn ouders kozen ervoor om in Duitsland de bevalling af te wachten in plaats van in een Nederlands ziekenhuis. Mocht Jonathan te vroeg geboren worden, dan zouden Duitse artsen eerder tot behandeling overgaan.

Dianne: ‘Toen ik 10 weken zwanger was, kreeg ik een bloeding. Die bloeding veroorzaakte een infectie en daardoor kreeg ik weeën. Daarmee ben ik naar de verloskundige gegaan. Zij vermoedde niets afwijkends, maar ik vertrouwde het niet helemaal. Daarom heb ik een second opinion laten doen in het ziekenhuis. Daar zeiden ze: ‘We zien wel een hematoom (een soort bloeduitstorting, red.), maar verder lijkt het er goed uit te zien’. Met 19 weken werd ik opgenomen in Almelo vanwege gebroken vliezen. Daar had ik een heel fijne gynaecoloog. Ze heeft op een heel nette manier uitgelegd wat er kon gebeuren. ‘Sommige mensen laten nu een abortus plegen’, zei ze en vervolgens vertelde ze welke aandoeningen ons kind kon krijgen. Volgens de gynaecoloog had Jonathan 15% overlevingskans. Met 21 weken kreeg ik weeënremmers. Dat was eigenlijk niet het beleid in het ziekenhuis.’

Want wat vond u van de informatie die u in Nederland kreeg?
‘De informatie die ik kreeg van de gynaecoloog in Almelo was heel goed. Daarna heb ik een gesprek aangevraagd in een ander ziekenhuis, in Zwolle. Daar was de arts heel negatief. Hij zei: ‘Het is eerst de vraag of er wel plek is voor u. Als het wordt geboren, kijken we hoe het kindje het gaat doen. Daarna beslissen we pas of we gaan helpen met beademen.’ Toen wist ik genoeg. Ze zouden dus niets doen. Ze houden zich heel strikt aan de grenzen van de richtlijn. Een andere kinderarts in Zwolle zei: ‘Als we vinden dat een kindje een mensonwaardig bestaan krijgt, dan beëindigen wij de behandeling / het leven zodat de ouders de beslissing niet hoeven te nemen’. Later heb ik haar gesproken en toen zei ze: ‘Wat goed dat jullie toen doorgezet hebben!’

Wat hebben jullie na het gesprek met de kinderarts gedaan?
‘Met 23 weken hebben we een gesprek in Duitsland gehad. Daar zeiden de artsen: ‘De situatie is zorgelijk maar stabiel. Dit soort gevallen hebben we wel vaker meegemaakt.’ Dat hadden we nog niet eerder gehoord. De gynaecoloog gaf ons uitleg over de doelen die ze hadden (ze streefden naar 27 weken óf 1000 gram) en hij liet ons grafieken zien. Dat was voor ons heel verhelderend. De gynaecoloog, dr. Garnier, Chef-Arzt in Osnabrück, zei: ‘U krijgt maximaal therapie en bedrust’. Ik wist niet wat ik hoorde. In Nederland mocht ik alles doen, want het ging toch mis. Maar in Duitsland moest ik helemaal plat. In Duitsland mag geen belangrijke beslissing zonder de Chef-Arzt genomen worden. Dat is heel fijn voor de communicatie. In Nederland zou ons kind gewoon geboren worden. In Duitsland vroeg ik: ‘Wordt het een gewone bevalling of een keizersnee?’ Hij zei: ‘Een keizersnee natuurlijk! We gaan voor dit kindje en het is heel kwetsbaar.’ Jonathan is toen met bijna dertig weken met een keizersnee gehaald.’

Wat was er na de geboorte met Jonathan aan de hand?
‘Het was gelukkig niet zo erg als had gekund. Het was mogelijk dat hij niet zou gaan ademen of geen longetjes had. Uiteindelijk was maar één longetje niet goed opengegaan. Door medicijnen is die long toen wel opengegaan. Jonathan bleef wel heel snel benauwd. Ze noemden dat BPD: Bronchopulmonale Dysplasie. Hij heeft na zijn geboorte 10 weken lang zuurstof nodig gehad en hij had heupproblemen.’

Ondervindt Jonathan nu nog gevolgen van de gebeurtenissen?
‘Jonathan kan gewoon meekomen in het reguliere onderwijs. Hij heeft wel astmatische klachten en nu zoeken ze uit of dat restverschijnselen zijn van het BPD. Daarvoor moet hij pufjes nemen. Daarnaast is zijn motoriek iets minder dan bij anderen. Verder kan hij alles, hoewel hij zijn evenwicht niet goed kan houden. Hij valt wat sneller dan anderen.’

Hebben jullie naast de informatie die jullie van de gynaecoloog kregen zelf nog informatie opgezocht?
‘Van een vriendin kreeg ik te horen dat je bij zulk soort situaties bij de NPV terechtkunt. Ik heb het nummer achter de hand gehouden, maar gelukkig is dat niet nodig geweest. Je zoekt natuurlijk wel informatie op. Ik heb gemerkt dat Duitse gynaecologen zwangere vrouwen uitgebreider onderzoeken. Zo wordt er altijd gekeken naar de lengte van de baarmoedermond en wordt er bij twijfel een kweekje afgenomen om te zien of er een infectie is.’

Zijn er dingen die jullie aan Nederlandse artsen mee willen geven?
‘Ik zou graag zien dat er meer wordt samengewerkt. Via een natuurgeneeskundige kwam ik erachter dat de bloedingen kwamen door een tekort aan progesteron. Ik heb toen gevraagd of dat tekort door middel van tabletten aangevuld mocht worden, en daarna heb ik ook geen bloedingen meer gehad. Daarnaast zou ik ook pleiten voor het afnemen van een kweekje om te kijken of er een infectie is, als er in een vroeg stadium al sprake is van bloedingen en/of weeën. Ook is het heel belangrijk om bij dergelijke klachten regelmatig de lengte van de baarmoederhals op te meten, om te zien of de situatie nog stabiel is of niet.’

Heeft u misschien tips voor ouders?
‘Ik heb de volgende tip gekregen van de verloskundige toen ik moest kiezen of we naar Duitsland zouden gaan: ‘Volg je gevoel maar’. En leg het in het gebed aan de HEERE voor en kijk welke wegen geopend worden. Ik ben er zelf heel erg voor om buiten je eigen grenzen te kijken en om te zien wat ze in het buitenland doen.’

Lees meer verhalen op www.npvzorg.nl/ervaringsverhalen

‘We gaan voor dit kindje’