Yvonne Geuze
Beleidsadviseur Onderzoek & Beleid
02 november 2021
Wat maakt jou waardevol? Zijn dat je talenten, je eigenschappen of is dat je uiterlijk? Hopelijk beantwoord je deze vraag anders: mensen zijn waardevol in zichzelf! Niet wat anderen van je vinden, niet wat jij van jezelf vindt, niet hoe je eruitziet of wat je kunt, maar gewoon wie jij bent als mens – als schepsel van God – maakt jou waardevol.
De vraag over de waarde van een mensenleven staat ook centraal bij medisch-ethische vraagstukken rond embryo-onderzoek en abortus. In Nederland mag er onderzoek met embryo’s gedaan worden tot zij 14 dagen oud zijn. Ook mag in Nederland abortus plaatsvinden tot 24 weken zwangerschap. De NPV spreekt zich hiertegen uit. Zij is ervan overtuigd dat een embryo vanaf moment één, de bevruchting, volledige beschermwaardigheid verdient. In deze blog leg ik uit waarom een embryo vanaf de eerste seconde al zo bijzonder is.
Verder ontwikkeld, dus waardevoller?
Misschien vind jij een embryo van enkele cellen gevoelsmatig anders dan een embryo of foetus waarin je duidelijk een mens kunt herkennen. De grenzen die aan embryo-onderzoek en abortus zijn gesteld, komen voort uit de gedachte dat een embryo steeds meer bescherming verdient als het ouder wordt en het dus steeds meer op een mens gaat lijken.
Maar met de redenering van ‘toenemende beschermwaardigheid’ begeven we ons op heel glad ijs. In deze opvatting wordt de menselijke waarde gebaseerd op eigenschappen die menselijk leven tot waardevol zouden maken. Als we kijken om welke kenmerken dat gaat, dan zie je vier duidelijke verschillen tussen geboren en ongeboren kinderen, namelijk:
- Formaat
- Ontwikkelingsniveau
- Omgeving
- Mate van afhankelijkheid
Als we aan de hand van deze eigenschappen anderen zouden moeten beoordelen, schept dat een somber beeld. Maakt je grootte uit hoe veel je waard bent? Zijn mensen met een beperking of een verlaagd bewustzijn minder waard? Ben je minder mens door je verblijf in het lichaam van de moeder? Of is een baby vanwege zijn afhankelijke gedrag minder waard? Nee, we zijn allemaal mensen, met menselijk DNA. En: we zijn allemaal ooit een embryo en foetus geweest.
Eigen DNA
Biologisch gezien kun je zeggen dat het startpunt van menselijk leven bij de bevruchting ligt. Dat moment is cruciaal. Wanneer een eicel wordt bevrucht door een zaadcel vermengt het genetische materiaal (het DNA) van de man en vrouw zich met elkaar en ontstaat er een embryo. Dit embryo heeft menselijke kenmerken, zoals een unieke combinatie van DNA waarmee hij het bouwplan voor zijn leven bij zich draagt. In DNA liggen veel eigenschappen vast, bijvoorbeeld of je een jongen of meisje bent, of je aanleg hebt voor sport, welke oogkleur of welke haarkleur je krijgt. Dat is dus al zo vroeg bekend.
Eerste levensfase hoort helemaal bij de mens
Het moment van de bevruchting is temeer bijzonder, omdat er (als alles goed gaat) op dat moment een ontwikkelingsproces in gang wordt gezet dat uiteindelijk leidt tot de geboorte van een kind. Hoewel een embryo natuurlijk veel kleiner is dan een baby of volwassene, ziet het eruit zoals een mens in deze ontwikkelingsfase er uit hóórt te zien. Net zoals ieder mens ooit in de peuterfase en puberteit zat, is deze levensfase verbonden met het latere leven. Ook de embryonale periode hoort helemaal bij de levenscyclus van de mens. Daarom moeten we het embryo niet onderwaarderen en het alleen zien als een klompje cellen, maar het zien in eenheid met het hele menselijke bestaan.
Bij deze eenheid hoort ook de eenheid van geest, ziel en lichaam. Hoe dit zich precies tot elkaar verhoudt is bij het embryo, maar ook bij volwassenen, een mysterie. Duidelijk is echter dat een mens méér is dan zijn biologische eigenschappen. En dat pleit wederom voor voorzichtigheid in de omgang met embryo’s.
Door God gekend
Wat – naast de biologische argumenten – de waarde van het embryo nog meer onderstreept, is dat het vanaf het prille begin gekend is door God. In Psalm 139 staat: ‘Mijn beenderen waren voor U niet verborgen, toen ik in het verborgene gemaakt ben en geborduurd werd in de laagste plaatsen van de aarde. Uw ogen hebben mijn ongevormd begin (=ook vertaald als ‘embryo’) gezien.’ En in Jeremia 1: 5a staat: ‘Voordat Ik u in de moederschoot vormde, heb Ik u gekend; voordat u uit de baarmoeder naar buiten kwam, heb Ik u geheiligd.’ Vanaf het prille begin houdt God zich bezig met het nieuwe leven.
Conclusie
Het embryo is beschermwaardig vanaf de bevruchting. Dit moment is cruciaal omdat het de start vormt van het mensenleven en een ontwikkelingsproces in gang zet. Het embryo verdient bescherming omdat het menselijk leven in ontwikkeling is, niet omdat het bepaalde eigenschappen wel of niet bezit. Als mensen zijn we zoveel meer dan alleen eigenschappen: gekend door God en verbonden met onze geest en ziel. Van grote waarde vanaf het prilste begin!
Bronnen:
- De wetenschapper Steven Jacobs vroeg aan meer dan 5500 biologen wereldwijd wanneer zij meenden dat het menselijk leven begon. 96% van hen had de visie dat het menselijk leven startte bij de bevruchting. Klik hier.
- Verschillende werken van prof. dr. Henk Jochemsen, waaronder hoofdstuk 3 uit het boek Bezinning op het levensbegin, Lindeboomreeks nr 17.
- Randy Alcorn, Pro-Life? Zorg voor het ongeboren kind en zijn moeder, CLC Publicaties 2014.