Van ‘mission impossible’ tot gezonde baby

23 februari 2015

‘Veertig weken haal je niet. Dit is gewoon een mission impossible.’ De gynaecoloog geloofde niet meer in het uitdragen van de zwangerschap. Maar Esther Deij bleef vertrouwen. Na 28 weken zwangerschap werd een gezonde Ilse geboren.

Je was 12 weken zwanger van je derde kindje. De eerste echo had je achter de rug. Alles leek goed te zijn. Maar toen kreeg je opeens bloedingen. Wat gebeurde er precies?

‘Net na de eerste echo kreeg ik heftige bloedingen. Eerst dacht ik dat het een miskraam was. De verloskundige zag echter dat het kindje nog leefde en stuurde ons door naar de gynaecoloog. De gynaecoloog stelde voor om het weg te halen: ’Het zijn zulke heftige bloedingen en we weten de oorzaak niet’. Dat kwam wel een beetje rauw op ons dak, zo’n laconieke opmerking: ‘Laat het maar weghalen.’’

Kwamen ze daar gelijk mee, bij het eerste bezoek aan de gynaecoloog?

‘Ja, ze zei tussen neus en lippen door: ‘We halen het wel weg.’ Maar eigenlijk ging ze er vanuit dat mijn lichaam het kindje zelf wel af zou stoten. Met die boodschap werden we naar huis gestuurd. De bloedingen werden wat minder, maar vanaf de 15e week kwamen ze in alle hevigheid terug. Daardoor kwam ik onder strenge controle van de gynaecoloog te staan. Ze zag de situatie steeds somberder in en drong ook steeds meer aan op ‘uithuilen en opnieuw beginnen’. Ze zei: ‘Je hebt bloedingen en je zit nog zo kort in de zwangerschap: veertig weken haal je niet. Dit is gewoon een mission impossible.’ Met twintig weken kreeg ik er ook weeën bij en met eenentwintig weken verloor ik vruchtwater. Medicijnen als weeënremmers hielpen niet. Ik werd definitief opgenomen in het ziekenhuis. De gynaecoloog wilde de bevalling opwekken. Ze zei: ‘De enige die hier misschien nog voor zou gaan is een orthodox christelijke gynaecoloog, maar wij geven je kindje nul procent overlevingskansen.’ Dat zei ze terwijl het kindje het zelf goed deed: daar was niets mee aan de hand. Dat vond ik het wrange aan de hele situatie: het was een gezond kindje, alleen mijn lichaam werkte niet mee.’

Wees het ziekenhuis alleen op de nadelen voor jou?

‘Het vruchtwaterverlies ging niet hard, maar het werd wel steeds minder en dat is slecht voor de ontwikkeling van je kindje. Je bent zo overrompeld dat je niet weet wat je doen moet als ze voorstellen om de bevalling op te wekken. We hoorden het aan, beduusd.

Later bekroop het vervelende gevoel ons dat we actief het leven van ons kindje zouden beëindigen: dat wilden we echt niet. Onze dominee zei: ‘Nul procent overlevingskans is wel heel weinig, maar we hebben wel een almachtig God.’ Tegen de gynaecoloog zeiden we daarom: ‘Ons kindje is aan het verdrinken en we hebben geen reddingsboei, maar we willen het niet kopje onder duwen. Als het misgaat is dat heel erg en verdrietig, maar wij kunnen het niet over ons hart krijgen om hier actief aan mee te werken’. Daar werd sceptisch op gereageerd: je vergroot je eigen lijden! Maar we wisten: als we dit actief stoppen, dan verergeren we ons eigen lijden omdat we dan de rest van ons leven met gewetensproblemen zitten.’

Het kindje was zelf toch gezond?

‘Ja, maar àls het kindje überhaupt de 26e week van de zwangerschap zou halen, zou het zeker wel een vroeggeboorte worden. Daardoor zou het allerlei handicaps krijgen. Bovendien zei de gynaecoloog: ‘Dit is niet alleen mijn beslissing. Dit besluit heb ik genomen samen met de andere zeven gynaecologen.’ We werden één richting in gepraat. Je moet echt heel sterk in je schoenen staan als je tegen gynaecologen in moet praten.

Toen ik de grens van 24 weken bereikt had, draaide de gynaecoloog het verhaal om: ze werd steeds positiever en zei: ‘Ik ga steeds meer moed krijgen’. Na een zwangerschap van 26 weken werd ik vervoerd van ons streekziekenhuis naar het ziekenhuis in Zwolle waar men een afdeling neonatologie heeft.

We hadden afgesproken dat ik naar de gynaecoloog uit het eerste ziekenhuis zou bellen als het kindje geboren was. Na 28 weken zwangerschap hebben de Zwolse gynaecologen in overleg met de kinderartsen het kindje gehaald met een keizersnee. Dit was noodzakelijk omdat zij een longbeschadiging dreigde op te lopen door het tekort aan vruchtwater en al het bloed in mijn baarmoeder.

We hebben haar bewust de doopnaam Janneke meegegeven: God is genadig! De gynaecoloog uit het eerste ziekenhuis wilde het kindje zien en in haar handen houden toen het van Zwolle was overgebracht naar ons streekziekenhuis. In die periode was net de Nieuwe Bijbelvertaling uit. We hebben expres die vertaling van Psalm 139 in het geboortekaartje gezet omdat dat ook voor haar begrijpelijk is. Toen ik een jaar later nog eens bij de gynaecoloog kwam, liet ze het geboortekaartje van onze dochter zien. Ze droeg het bij zich in haar doktersjas. Het verhaal had haar aangesproken, maar het beleid is niet veranderd. We zijn God dankbaar dat we al acht jaar voor dit heerlijke, volkomen gezonde kind heb mogen zorgen en dat we niet acht jaar lang naar een grafje heb moeten gaan.’

Ilse_Deij

Welk advies willen jullie aan ouders geven?

‘Kijk naar de lange termijn en volg je geweten. Als ik de zwangerschap had beëindigd, zou ik mijn leven lang gewetensproblemen hebben gehad. Later heb ik ook een ex-collega gesproken: die had precies hetzelfde meegemaakt, maar omdat ze geen voet aan de grond kreeg in Nederland, is ze naar Duitsland gegaan. De Nederlandse artsen wilden er ook niet voor gaan, en in Duitsland gingen ze er wel 100% voor.

Onmogelijk, mission impossible, zwaar gehandicapt, 0% kansen. Achteraf gezien is het goed gegaan en daar zijn ze nooit op teruggekomen. Neem een beslissing nooit alleen als ouders, maar praat ook met mensen die wat meer op afstand staan. En houd de Bijbel als leidraad. Dat heeft ons goed geholpen. Zelf gaan alle emoties door je heen.’

Welk advies jullie willen geven aan verloskundigen en gynaecologen?

‘Ga niet gelijk van het negatieve uit, maar ga voor het leven van het kindje. Laat de beslissing bij de ouders. De gynaecologen namen min of meer de beslissing voor ons, en wij hoefden alleen nog maar toe te stemmen.

Het is wel goed dat een arts aangeeft dat er kans is op een afwijking, maar het advies ‘hier moet je niet aan beginnen’ moet er niet dik bovenop liggen. Dat was bij ons wel het geval. Ik vind dat je eerlijk informatie moet krijgen, zonder druk. Als we destijds hadden toegegeven, zat ik nu met een emotionele last terwijl die arts er helemaal niet meer aan denkt.’

Lees meer verhalen op www.npvzorg.nl/ervaringsverhalen

Van ‘mission impossible’ tot gezonde baby